17 december 2015
HbA1c-testen te populair in de VS
De onderzoekers gingen na hoe vaak het HbA1c was geprikt bij ruim 30 duizend patiënten met goed gecontroleerde diabetes type 2 (tweemaal achter elkaar een HbA1c lager dan 7,0 %). Volgens de aldaar geldende richtlijnen hoeft dat hooguit twee keer per jaar. Bij 55 % gebeurde dat vaak (drie of vier keer per jaar), bij 6 procent te vaak (vijf keer of meer). Bij die laatste groep werd de behandeling vaker geïntensiveerd dan bij de patiënten die volgens de richtlijn waren gecontroleerd.
Rodney Hayward legt in een bijbehorend commentaar aan de hand van diminishing returns (verminderde meeropbrengsten) uit wat het gevaar is van mogelijke overdiagnostiek en overbehandeling van goed ingestelde patiënten. Hoe beter de patiënt behandeld wordt, hoe minder verdere verbetering in absolute cijfers oplevert. Als patiënten goede medicijnen krijgen, hun bloeddruk en cholesterol onder controle zijn, levert nog scherpere glykemische controle minder op. Daardoor gaan mogelijke nadelen (zoals hypo’s) zwaarder wegen.
Volgens Hayward is het verstandiger om de subgroep patiënten die de grootste kans hebben op diabetesgerelateerde complicaties beter te behandelen. Daarbij denkt hij aan de mensen die de ziekte voor hun 45ste krijgen en de mensen bij wie glykemische controle niet wordt bereikt.